SRA | 16-05-2012 | Leestijd:

De staatssecretaris van Financiën heeft in een brief aan de vaste commissie voor Financiën van de Tweede Kamer een uiteenzetting gegeven over de btw-heffing bij veerdiensten. Volgens een besluit uit 1972 gold daarvoor een vrijstelling. Dit besluit is in 2002 ingetrokken in verband met rechtspraak van het Europese Hof van Justitie. Bij wijze van overgangsmaatregel kunnen overheden en andere exploitanten van veerdiensten die op 31 december 2002 één of meer veerdiensten vrijgesteld van btw exploiteerden, onder bepaalde voorwaarden alle door hen aangeboden veerdiensten blijven vrijstellen van btw. Kiezen deze exploitanten op enig moment voor btw heffing, dan kunnen zij de goedkeuring voor btw-vrijstelling niet opnieuw toepassen. Exploitanten van veerdiensten voor wie de goedkeuring niet geldt, kunnen met een beroep op het gelijkheidsbeginsel aanspraak maken op toepassing van de btw-vrijstelling. De Nationale Ombudsman betwijfelt of het mogelijk is om de btw-vrijstelling voor veerdiensten voort te zetten. De staatssecretaris heeft daarop per brief gereageerd met de mededeling dat de regeling wordt gecontinueerd.

btw vrijstelling staatssecretaris financiën besluit brief heffing goedkeuring veerdiensten exploitanten

Weten wat wij voor u kunnen betekenen?

KSG, Accountants & Belastingadviseurs